Altijd in het centrum van het wereldtoneel, desondanks de loop der dingen net niet mede bepaald. Verslapen, verdwaald, tactisch verstoppertje gespeeld, ja soms zelfs door goed geluk en stom toeval. Gedrost, of hoe een familie zich uit de voetnoten van de geschiedenis heeft weten te maken. Sinds 2014 verschijnt ieder kwartaal een minuut of kwartierstaat, parenteel of tafereel uit de stamboom van een familie in de schaduw van het grote gebeuren.
De stofwolken van de burgeroorlogen en opstanden zijn opgetrokken. Iedereen heeft de wonden gelikt en nu is het tijd alle schade op te nemen en de stambomen te inspecteren. Snoeien, bijpunten en stekken, water geven en hier een daar een botte bijl hanteren. De stamboom is dood, lang leve de stamboom. De familie is verpot en verplant, een nieuwe stamboom opgezet. De boomstam ferm met bloed in de aarde geplant. Met de stambomen worden ook de stammen winterklaar gemaakt.
De Romeinen hebben de schrik van hun leven gehad, wij zijn met de schrik vrijgekomen. Nieuwe en herbouwde dorpen voor ons, een groot legerkamp op de stuwwal voor de bezetter. Dat dan wel. Het Tiende Legioen houdt voorlopig de Bataafse boel in de gaten. Nieuwe omstandigheden, nieuwe kansen. Daar ben je Drost voor. Een echte Drost past zich aan en anders Drost ie ‘m. ‘Adopt, adapt and improve’, zoals Monty Python team leert. En als dat niet werkt: ‘Run away!’ (kataklop, kataklop, kataklop).
Overal in het Rijk zijn er nog Iuliërs en Claudiërs binnen de verschillende stammen en families, de grootste bloei achter de rug. Hun beste tijd gehad, en wij met hen. Wij Drosten zijn toch mooi meegegroeid en tot volle wasdom gekomen als macht achter de macht. Daar waar het heerlijk toeven is, in de luwte en schaduw van deze door de Romeinen gesteunde elite. Als een prachtig bloeiende klimplant hebben wij Drosten ons om de stambomen van de leiders naar de top geslingerd.
Tijd om vooruit te kijken en lijntjes uit te slaan naar de nieuwe sterren aan het Romeinse firmament. De Flaviërs lijken stevig in het zadel te zitten in Rome. Vader en twee zonen, we kunnen even vooruit. De eerste ranken waren al decennia geleden om de familie geslagen tijdens een gemeenzame ‘tour of duty’ in Britannia. Goede zet, vooruitziende blik. Je bent een Drost of je bent het niet. We kunnen weer klimmen, hemelbestormers op zoek naar licht.
Een groot aantal van de Bataafse zonen is al samen met de aangetrouwde Flaviër Petillius Cerialis op weg naar het groene en plezante land, waar de Batavenoverwinnaar als de nieuwe gouverneur samen met ons het eiland verder onder controle moet brengen. Een aantal Bataafse cohorten wordt ondergebracht bij een andere trouwe ingewijde van de Flaviërs, Iulius Agricola (onthoud die naam). Prima kans om een beetje te netwerken, het belooft leuk te worden. Met een goede pint Real Ale in een mansio ergens onderweg, het onderhouden van je stamboom – de bomen van de stam – is dorstig werk. Een goed stel, die jongens van ons, en gelukkig drinken ze geen wijn zoals die verwijfde Romeinen.
En wat met ons, de achterblijvers? Geen nood, wij gaan weer over tot de orde van de dag, handelen wat met de Romeinen en buitenlandse hulptroepen in de forten langs de Rijn en vullen vacatures in de nieuwe Romeinse stadsbesturen. We infiltreren op nieuwe manieren, als lokale elite, het Romeinse systeem. Er leiden meer wegen naar Rome, dus zo snel zijn ze niet van ons af. De rest van ons boert rustig verder op het Bataafse platteland, grotendeels lekker uit het zicht van de Romeinse overheerser.
We zijn weer baas in eigen woonstalhuis (waarvan sommige overigens verdacht veel op een villa beginnen te lijken). Het enige wat nu rest is afwachten of onze dekselse uitgezonden jongens daadwerkelijk – zoals ze plechtig aan moeder hebben beloofd – hun schrijfplankjes vol krassen met liefs uit Londinium, of een kattebelletje vanaf het front in het noorden. Maar ja, met dit weer en dat bier, ze zijn ‘m vast Gedrost.